Wetenschap: Lantaarnplant ruikt naar bange bij

Natuurnieuws
Wetenschap: Lantaarnplant ruikt naar bange bij

Foto: Gernot Kunz

In Zuidelijk Afrika worden honingbijen dikwijls gevangen in spinnenwebben. Zit zo’n bij vast in het web, dan steekt hij zijn angel uit en laat daarbij feromonen los die andere bijen alarmeren. De gealarmeerde bijen kunnen vervolgens de gevangene te hulp schieten. Maar niet alleen soortgenoten ruiken deze alarmstof, ook zogeheten kleptoparasietvliegjes komen de geur af. Zij snellen toe om de bij op te eten, voordat de spin dat doet.

Wat blijkt nu? Een lantaarnplant die in Zuidelijk Afrika voorkomt blijkt deze kleptoparasietvliegjes nodig te hebben voor zijn bestuiving. Om deze vliegjes aan te trekken, geven de bloemen van de lantaarnplant dezelfde geur af als de in het web gevangen honingbij (Current Biology van 6 oktober).

De onderzoekers ontdekten dat veel bestanddelen van het bijenferomoon overeenkomen met de stoffen die de lantaarnplant produceert. Nabootsing van deze stoffen gaf een even grote aantrekkingskracht op de kleptoparasietvliegen als de bloemen en de stervende bijen. De vliegjes komen specifiek op deze geuren af, en mogelijk niet op andere prikkels van de bloem of de bij.  

Door de complexe vorm van de bloem van deze lantaarnplant, wordt de kleptoparasietvlieg even gevangen in de bloem. Hier vindt hij geen maaltijd, maar wordt hij besmeurd met stuifmeel om vervolgens even hongerig als daarvoor weer losgelaten te worden. Deze vernuftige lantaarnplant misbruikt de vliegjes dus voor hun eigen voortplanting, terwijl de vliegjes alleen maar kwamen voor een appetijtelijke maaltijd, die ze nooit zullen krijgen.

Meer informatie?
- Schooltv over de honingbij
- Schooltv over de communicatie tussen insecten: feromonen

foto Anne Boonman door
Anne Boonman