Wetenschap: Zweefvlieg kent geen zwaartekracht

Natuurnieuws
Wetenschap: Zweefvlieg kent geen zwaartekracht

Foto: Alvesgaspar

To crash or not to crash, that is the question. Dat moeten de Franse biologen hebben gedacht toen ze zweefvliegen in het pikkedonker een vrije val lieten maken. En inderdaad, een groot deel van de nietsvermoedende vliegen realiseerde zich te laat dat ze hun vleugels moesten spreiden om een frontale botsing met de grond te vermijden. Conclusie: zweefvliegen hebben geen orgaan om de zwaartekracht te detecteren. Alhoewel, dat geldt misschien niet voor álle zesduizend bekende soorten zweefvliegen, maar wel voor de ongelukkige pyjamazweefvliegen die dit experiment moesten ondergaan (Journal of Experimental Biology, 17 augustus).

Achtbaan
De meeste vertebraten beschikken overigens wel over zo’n orgaan, inclusief mensen. Wie wel eens in een achtbaan heeft gezeten, kent waarschijnlijk het ongemakkelijke gevoel in de onderbuik en het hoofd tijdens de afdaling. Zodra de vrije val een feit is en er sprake is van gewichtsloosheid, raakt het evenwichtsorgaan van slag met desoriëntatie of misselijkheid tot gevolg. 

Die overgang van zwaartekracht naar gewichtloosheid is voor een zweefvlieg niet goed waar te nemen, schrijven de biologen in hun artikel. Ze lijmden een metalen pin aan het ruggetje van pyjamavliegen (Episyrphus balteatus), waardoor ze de beestjes met een speciale magneet in positie konden houden. Zodoende hingen de vliegen op een zeker moment aan het plafond van een doos, met hun pootjes bungelend in de lucht. Het uitschakelen van de magneet betekende het begin van de vrije val, soms in het pikkedonker en soms in het licht met duidelijk visuele tekens aan de wanden. In het donker stortte ongeveer 70 procent van de vliegen neer, tegenover 10 procent in het licht.

Luchtcapriolen
Volgens de onderzoekers zou zwaartekrachtdetectie de zweefvliegen in de natuur vooral in de weg zitten, wat het ontbreken van een dergelijk orgaan zou kunnen verklaren. In hun zoektocht naar nectar moeten de vliegen soms heel wat luchtcapriolen uithalen. Ze veranderen continue van richting en maken regelmatig duikvluchten. In zulke gevallen kan een zwaartekrachtsensor juist averechts en desoriënterend werken, laten de biologen in een persbericht weten.Om toch wegwijs te worden in de luchtkolom kunnen hun gevoelige haren veranderingen in luchtstroom detecteren. De rest gaat waarschijnlijk op zicht. Of en hoeveel pyjamavliegen het leven moesten laten om tot dit inzicht te komen, is niet duidelijk.

Meer informatie
- Zweefvliegen steken niet, wespen wel. Verder lijken ze verdacht veel op elkaar. Zo houd je wespen, bijen en zweefvliegen uit elkaar.
Hoe weet ons lichaam dat het beweegt? SchoolTV legt de rol van het evenwichtsorgaan uit.

foto Steijn van Schie door
Steijn van Schie